Aankoopadvies: sloten
Een slot voor jou
Vooraleer je naar de winkel gaat, moet je even stilstaan bij het onderscheid dat gemaakt wordt tussen een oplegslot en een insteekslot. Het eerste wordt op de deur bevestigd terwijl het tweede 'waarover we het hier hebben' in de deur wordt geplaatst. Wanneer de deur niet voldoende dik is 'minder dan 4 à 4,5 cm voor een gewone houten deur' dan is het beter een oplegslot te plaatsen: door de noodzakelijke uithalingen voor het insteekslot ga je immers de deur verzwakken.
Binnendeuren worden voorzien van sloten met op zijn minst een dagschoot, maar vaak ook met een nachtschoot (zie schets 1). De dagschoot wordt bediend met de deurkruk, terwijl de nachtschoot wordt bediend met een sleutel.
Vooraleer je naar de winkel gaat, moet je even stilstaan bij het onderscheid dat gemaakt wordt tussen een oplegslot en een insteekslot. Het eerste wordt op de deur bevestigd terwijl het tweede 'waarover we het hier hebben' in de deur wordt geplaatst. Wanneer de deur niet voldoende dik is 'minder dan 4 à 4,5 cm voor een gewone houten deur' dan is het beter een oplegslot te plaatsen: door de noodzakelijke uithalingen voor het insteekslot ga je immers de deur verzwakken.
Binnendeuren worden voorzien van sloten met op zijn minst een dagschoot, maar vaak ook met een nachtschoot (zie schets 1). De dagschoot wordt bediend met de deurkruk, terwijl de nachtschoot wordt bediend met een sleutel.
Een slot kiezen
Bij binnendeuren heb je doorgaans ook voldoende aan een bontebaard- of een klavierslot.
Voor buitendeuren gebruik je best een cilinder- of veiligheidsslot (zie kader). Dat biedt trouwens ook het voordeel dat het in een slotkast wordt geplaatst, en indien nodig heel makkelijk kan vervangen worden, zonder dat de hele slotkast moet verwisseld worden.
Bij de keuze van het slot moeten ook aan de nachtschoot enige eisen gesteld worden: massief of gelamineerd, beveiligd tegen het doorzagen en voldoende lang (de schoot moet minstens 2 cm naar buiten komen en ook aan de binnenzijde verlengd zijn). Het klassieke sluitplaatje moet vervangen worden door een sluitplaat met schootkasten waarin zowel de dag- als de nachtschoot omsloten worden.
Bij binnendeuren heb je doorgaans ook voldoende aan een bontebaard- of een klavierslot.
Voor buitendeuren gebruik je best een cilinder- of veiligheidsslot (zie kader). Dat biedt trouwens ook het voordeel dat het in een slotkast wordt geplaatst, en indien nodig heel makkelijk kan vervangen worden, zonder dat de hele slotkast moet verwisseld worden.
Bij de keuze van het slot moeten ook aan de nachtschoot enige eisen gesteld worden: massief of gelamineerd, beveiligd tegen het doorzagen en voldoende lang (de schoot moet minstens 2 cm naar buiten komen en ook aan de binnenzijde verlengd zijn). Het klassieke sluitplaatje moet vervangen worden door een sluitplaat met schootkasten waarin zowel de dag- als de nachtschoot omsloten worden.
De draairichting van de deuren
Afhankelijk van de draairichting van de deur kan het om een 'links slot' of een 'rechts slot' gaan. Een veilig middel om alle vergissingen uit te sluiten: deuren die met de wijzers van een klok mee draaien zijn 'rechts' en is het andersom, dan is het een linksdraaiende deur.
Soorten sloten
Inbouwsloten
Een inbouwslot wordt ook een insteekslot genoemd. Insteeksloten worden gebruikt voor binnendeuren. Een insteekslot is uitgerust met een dagschoot (die met de deurkruk wordt bediend) en kan ook een nachtschoot hebben. Bij binnendeuren wordt de nachtschoot bediend met een klaviersleutel.
Insteeksloten bestaan ook met cilinder. Voor buitendeuren moeten ze worden versterkt met een oplegslot of meerpuntssluiting. Vaak is bij de aankoop van een buitendeur al een slot met meerdere sluitpunten over de volledige hoogte van de deur ingebouwd.
Sloten voor binnendeuren
Modellen van sloten
Sluitplaat met rechte hoeken
Sluitplaat met afgeronde hoeken
Oplegsloten
Het is niet altijd mogelijk een insteekslot aan te brengen. Bij een deur die minder dan 4 cm dik is, zou het gat de deur te veel verzwakken. Dan moet de deur worden uitgerust met een opbouwslot (oplegslot) met dag- en/of nachtschoot (buitendeur). Bovendien kan het oplegslot dienen als bijkomende inbraakbeveiliging als het oorspronkelijke slot niet voldoende is.
Meerpuntssluitingen
Bij een meerpuntssluiting wordt de deur op verschillende plaatsen vergrendeld, alle sluitpunten worden in werking gesteld met één sleutel. Dankzij dat systeem is het moeilijker om de deur te forceren.
Oplegsloten
Het is niet altijd mogelijk een insteekslot aan te brengen. Bij een deur die minder dan 4 cm dik is, zou het gat de deur te veel verzwakken. Dan moet de deur worden uitgerust met een opbouwslot (oplegslot) met dag- en/of nachtschoot (buitendeur). Bovendien kan het oplegslot dienen als bijkomende inbraakbeveiliging als het oorspronkelijke slot niet voldoende is.
Meerpuntssluitingen
Bij een meerpuntssluiting wordt de deur op verschillende plaatsen vergrendeld, alle sluitpunten worden in werking gesteld met één sleutel. Dankzij dat systeem is het moeilijker om de deur te forceren.
Soorten
2. Bontebaardslot. Dit is het oudste type van slot en zeker het minst veilige.
3. Een klavierslot kan je herkennen aan de baard van de sleutel die inkepingen vertoont. Dit soort slot is veilig wanneer de sleutel minstens 6 inkepingen heeft.
4, 7, 8. Tegenwoordig worden buitendeuren voornamelijk voorzien van cilindersloten. Opgelet: gewone cilindersloten zijn niet echt veilig wanneer ze meer dan 2 mm uitsteken, dit kan opgelost worden door er een veiligheidsrozet of veiligheidsbeslag op te zetten.
5. De sluitkom moet stevig verankerd zijn in de deurstijl.
6. Bij een insteekslot zit het slot binnenin de deur.
Wij zijn er voor je!
Ontdek onze bouw tips en adviezen. Want zelf gemaakt is slim bespaard!